Wat leer je?
Een apothekersassistent heeft in haar werk verschillende rollen. Er is één hoofdrol en zes andere rollen die daarbij horen.
- Farmaceutisch handelen
- Je gebruikt je kennis over medicijnen om patiënten goed te helpen.
- Je legt uit hoe een medicijn werkt, controleert het recept en kijkt in het dossier of het middel veilig gebruikt kan worden.
- Communicatie
- Je praat met patiënten en collega’s.
- Je luistert goed, stelt vragen en geeft duidelijke uitleg.
- Ook deel je informatie met andere zorgverleners.
- Samenwerking
- Je werkt samen met de apotheker, collega’s en andere zorgverleners.
- Je geeft en ontvangt feedback en helpt elkaar om goed voor de patiënt te zorgen.
- Organisatie
- Je plant en organiseert je werk.
- Je houdt overzicht, stelt prioriteiten en werkt mee aan goede kwaliteit in de apotheek.
- Maatschappelijk handelen
- Je helpt mensen gezonder te leven door goede voorlichting te geven.
- Je legt uit waarom medicijnen juist gebruikt moeten worden en denkt mee over veilige zorg.
- Leren en ontwikkelen
- Je blijft jezelf verbeteren.
- Je denkt na over je eigen werk, volgt nieuwe kennis en leert van ervaringen.
- Professionaliteit
- Je werkt zorgvuldig en met respect.
- Je houdt je aan wetten en regels, gaat goed om met privacy en handelt eerlijk en betrokken.
Wat zijn de belangrijkste taken van het vak?
- Geïndividualiseerde farmaceutische patiëntenzorg uitvoeren
- Niet-receptgestuurde zorg verlenen aan de patiënt
- Productzorg bieden
- Werken aan kwaliteit en deskundigheid
Welke algemene kennis doe je op?
- Nederlands, referentieniveau 3F
- Rekenen, niveau 4
- Engels, referentieniveau A2 en B1
- Loopbaan en Burgerschap
Klik hier om meer uitleg te krijgen over het 3F niveau.
Bij Engels geldt voor de onderdelen ‘Lezen’ en ‘Luisteren’ referentieniveau B1, en voor de overige onderdelen referentieniveau A2. Klik hier om meer uitleg te krijgen over A2 en B1 niveau.
Hoe bereiden we je voor op de toekomst?
We leiden je niet alleen op voor het beroep, maar ook om je loopbaan in de toekomst in te vullen. Je krijgt een goed beeld van wat werken in de zorg betekent. Wat het zo leuk maakt en wat het van je vraagt om het leuk te houden. En we vinden het belangrijk dat je ook na je studie je vakkennis en vaardigheden kunt bijhouden Het vak Loopbaan en Burgerschap speelt hierop in.
In welke onderwerpen kun je je verdiepen?
- Doorstroom HBO-gezondheidszorg: Dit keuzedeel richt zich op:
- Kennismaken met het werkveld naar keuze in de gezondheidszorg op hbo-niveau;
- Het verwerven van kennis en vaardigheden ter voorbereiding op de doorstroom naar een specifieke HBO-opleiding gezondheidszorg.
- Persoonlijk profileren: In dit keuzedeel wordt je bewust gemaakt van zijn talenten en drijfveren. Hij leert je kwaliteiten beter en bewuster in te zetten, te overtuigen en beter samen te werken. Je leert hoe je je ideeën moet vertellen en met je kennis en kunde kan bijdragen aan de organisatie, zorgsector en maatschappij.
- Digitale vaardigheden basis: in dit keuzedeel leer je gegevens, informatie en content te verzamelen, produceren en te beheren.
- Internationaal I: Dit keuzedeel heeft betrekking op het effectiever omgaan met culturele diversiteit tussen mensen aan de hand van het inzetten van interculturele sensitiviteit, interculturele communicatie en het tonen van betrokkenheid.
- Eerstelijns- en ketenzorg:
- Nagaan (onderzoeken) van de rol van andere zorgverleners in de eerstelijnszorg voor de patiënt;
- Patiënten door kunnen verwijzen naar een collega zorgverlener in de eerstelijnszorg;
- Afspraken kunnen maken op uitvoerend (taak)niveau met collega zorgverleners in de eerstelijnszorg.
- Specifieke doelgroepen Apothekersassistent: Het keuzedeel omvat de benodigde verdiepende kennis en vaardigheden waardoor de beginnend beroepsbeoefenaar in staat is om specifieke preventieve zorg te bieden en passend advies te geven aan specifieke doelgroepen.